Zoals bij de 1e kwartaalrapportage 2020 al als risico werd genoemd, zijn we geconfronteerd met een sterke financiële tegenwind, in de vorm van een fors lager accres in de Algemene uitkering. Toch kunnen we een structureel sluitende begroting en meerjarenbegroting aanbieden.
Bestuursakkoord financiële paragraaf
In het bestuursakkoord 2018-2022 van Deventer is het volgende opgenomen.
We zorgen voor een structureel sluitende jaar- en meerjarenbegroting, waarbij structurele uitgaven worden gedekt met structurele middelen. Alleen bij onverwacht externe financiële tegenvallers, die niet op korte termijn structureel gedekt kunnen worden, kan de begroting bij uitzondering met incidentele middelen sluitend worden gemaakt. De uitgaven passen we aan de inkomsten van het Rijk aan (trap op, trap af). Als dit leidt tot ongewenste maatschappelijke effecten, stellen we dit bij en vinden we de middelen elders binnen de gemeentelijke begroting. Voor het benodigde specifieke weerstandsvermogen handhaven we de minimale norm van 1.
Meer informatie
Uitgaven
In 2021 geeft de gemeente een bedrag van €352,1 miljoen uit aan de verschillende werkzaamheden, exclusief de algemene middelen en inclusief stortingen in reserves. In onderstaande tabel is weergegeven hoeveel de uitgaven per programma bedragen. De lasten van de algemene dekkingsmiddelen, inclusief stortingen in reserves bedragen €14,3 miljoen. Voor een toelichting op dit programma wordt verwezen naar hoofdstuk Dekking programmaplan. De totale lasten van de gemeente bedragen €366,4 miljoen.
Inkomsten
De uitgaven zijn gedekt door inkomsten. De gemeente kent verschillende bronnen van inkomsten. De belangrijkste zijn de algemene dekkingsmiddelen, waaronder de algemene uitkering (bijdrage van het rijk) en de onroerende zaakbelasting, inkomsten direct gerelateerd aan de programma’s (bijvoorbeeld bijdragen van het rijk voor bijstandsuitkeringen of verkoopopbrengsten van gronden) en de overige heffingen die inwoners en bedrijven betalen, zoals afvalstoffenheffing, rioolheffing, maar ook bijvoorbeeld leges voor reisdocumenten.
Het onderstaande figuur geeft de inkomsten uit de verschillende bronnen schematisch weer. De totale inkomsten van de gemeente bedragen €366,4 miljoen. Hiervan wordt €10,9 miljoen geput uit reserves.
Meer informatie
1e kwartaalrapportage 2020
Door de raad werd op 24 juni 2020 de 1e kwartaalrapportage 2020 vastgesteld. De uitkomst hierna van de begroting was:
(bedragen x €1.000)
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Uitkomst begroting | -389 | 366 | 1.147 | 1.263 |
Autonome ontwikkelingen
Door nieuwe autonome ontwikkelingen, die worden gedekt uit de algemene middelen, verandert de uitkomst van de begroting.
- Deze onderwerpen zijn ook al in de kaderbrief 2020 voor kennisgeving aangeboden;
- Deze onderwerpen zijn ook al in de kaderbrief 2020 voor kennisgeving aangeboden en geactualiseerd op basis van definitieve berekeningen;
- Voor deze onderwerpen zijn in het jaar 2020 ook mutaties meegenomen in de 2e kwartaalrapportage 2020.
(bedragen x €1.000) (-/- = nadeel)
Autonome ontwikkelingen | Programma | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
1. Veiligheidsregio (1) | Openbare orde en veiligheid | 98 | 98 | 0 | 0 |
2. Onkruidbestrijding (1) | Leefomgeving | -94 | -94 | -94 | -94 |
3. Normalisatie woonwagens (3) | Leefomgeving | -115 | -115 | 0 | 0 |
4. SVN leningen (1) | Ruimtelijke ontwikkeling | 0 | 0 | 0 | 150 |
5. Omgevingswet (1) | Ruimtelijke ontwikkeling | -500 | 0 | 0 | 0 |
6. Nieuwbouw Marke zuid Sporthal (2) | Meedoen | 0 | 0 | 0 | -119 |
7. Nieuwbouw sporthal Bathmen (2) | Meedoen | 0 | 0 | 0 | -302 |
8. Wijkwinkel / Deventer Wijzer (1) | Meedoen | -40 | 0 | 0 | 0 |
9. Plus OV (1) | Meedoen | 18 | 18 | 18 | 18 |
10. Ontwikkeling sociaal team (3) | Meedoen | -225 | 0 | 0 | 0 |
11. Nieuwbouw Marke zuid VMBO school (2) | Jeugd en onderwijs | 0 | 0 | 0 | -522 |
12. Kindcentrum Rivierenwijk | Jeugd en onderwijs | 0 | -35 | -34 | -34 |
13. Servers (1) | Bedrijfsvoering | 0 | -27 | -55 | -83 |
14. Nieuwe jaarschijf 2024 (1) | Algemene dekkingsmiddelen | 0 | 0 | 0 | -118 |
15. Mei-circulaire 2020 (3) | Algemene dekkingsmiddelen | 1.804 | 1.149 | -206 | -1.328 |
Saldo autonome ontwikkelingen | 946 | 994 | -371 | -2.432 |
Toelichting
1. Veiligheidsregio
Op verzoek van de kring van gemeentesecretarissen IJsselland is de VR verzocht onderzoek te doen naar besparingen om een bijdrage te leveren aan het financiële perspectief van gemeenten. Inmiddels heeft hier besluitvorming over plaatsgevonden en neemt de veiligheidsregio IJsselland in het meerjarenperspectief op:
- Voor de korte termijn (2021-2022) €516.000 aan incidentele besparingen;
- De periode 2020-2022 te benutten om vanaf 2023 de incidentele besparing structureel vorm te geven, rekening houdend met de opgaven met financieel effect (denk aan de rechtspositie van brandweervrijwilligers). Voor Deventer een incidenteel voordeel van €97.843 in 2021 en 2022.
2. Onkruidbestrijding
De gemeenteraad heeft bij de voorjaarsnota 2017 en de begroting 2018 besloten om structureel aanvullend budget beschikbaar te stellen zodat de onkruidbeheersing intensiever kan worden aangepakt. In totaal is nu €410.000 per jaar beschikbaar voor onkruidbeheersing. Sinds het afschaffen van het gebruik van Glyfosaat in de openbare ruimte is men bij CB op zoek naar de beste en meest effectieve manier om onkruidbeheersing in de verharding op het gewenste kwaliteitsniveau te krijgen en te houden. Tot op heden zijn de resultaten veelal nog niet naar tevredenheid omdat het afgesproken onderhoudsniveau in het programma Leefomgeving nog niet bestendigd kan worden. Indien het budget voor onkruidbeheersing niet wordt verhoogd ten opzichte van voorgaande jaren is er een gerede kans dat de beeldkwaliteit in 2020 slechter zal zijn dan in 2019. Het feitelijke beeld zal sterk afhankelijk zijn van weersinvloeden. In 2019 was het niveau B in het centrum en niveau C in de rest van de gemeente, waarbij ook sprake was van uitschieters naar niveau D. Om in 2021 naar een niveau van B in het centrum en C in de rest van de gemeente te realiseren zijn structureel €94.000 aanvullende middelen nodig. Het voornemen is om bij de begroting 2021 een voorstel aan de gemeenteraad voor te leggen, waarbij er extra wordt geïnvesteerd in onkruidbeheersing en de frequentie wordt verhoogd naar een onderhoudsfrequentie van 2 keer borstelen (in plaats van 1,3 gemiddeld in 2019), zodat een hogere beeldkwaliteit wordt behaald (overal een gemiddeld B-niveau).
3. Normalisatie woonwagens
Het traject Overdracht woonwagens is in volle gang. De eerste overdracht heeft plaatsgevonden maar het eind is nog niet in zicht. Het blijkt dat dit traject nog meer inspanningen vraagt dan bij de start kon worden voorzien. Vooral juridische procedures, maar ook de afspraken en juridische inregeling met de corporaties heeft al veel tijd genomen. Het ziet er naar uit dat dit traject nog enkele jaren vraagt voordat ook de laatste standplaatsen op orde zijn en kunnen worden overgedragen. De verwachting is dat in 2021 en 2022 in totaal nog €230.000 nodig zal zijn om het traject succesvol af te ronden. Een exacte onderverdeling per jaarschijf is moeilijk aan te geven, afhankelijk van procedures e.d.
4. SVN leningen
Er staan bij SVN-middelen voor het verstrekken van stimuleringsleningen voor verenigingen van eigenaren. Doel van deze middelen was het opknappen van portiekflats Rivierenwijk. Er worden vanuit SVN geen nieuwe leningen meer verstrekt. Alle middelen die bij SVN binnenkomen kunnen ingezet worden om de gemeentelijke lening af te lossen. Op de gemeentelijke balans staat nog een lening van €800.000. Deze kan in 2023 afgelost worden, middels het terughalen van middelen bij SVN. Vanaf 2024 kan voor een periode van circa 7 jaar, jaarlijks circa €150.000 vrijvallen ten gunste van de algemene middelen.
5. Omgevingswet
Onlangs heeft de minister bekend gemaakt dat de Omgevingswet per 1 januari 2022 zal intreden. De belangrijkste reden voor de verschuiving van de datum is dat het DSO (digitaal stelsel voor de Omgevingswet) niet tijdig operationeel kan zijn. De voorbereidende werkzaamheden in huis gaan door. Op dit moment vindt het traject wel enige hinder van de corona-crisis, vooral wat betreft de discussie met de Raad. Voor de implementatie van de Omgevingswet heeft het uitstel geen consequenties qua totaal benodigd budget; dit komt door onze aanpak tot dusver beleidsneutraal over en alleen activiteiten uitvoeren die nodig zijn. De kosten voor 2020 zijn gedekt. Voor 2021 – 2024 is een risico ten laste van het specifiek weerstandsvermogen gereserveerd. Voorstel is voor 2021 een budget van €500.000 beschikbaar te stellen ten laste van de algemene middelen en het risicoprofiel naar beneden bij te stellen, naar netto €425.000.
6. Nieuwbouw Marke Zuid Sporthal
Zowel het schoolgebouw de Marke Zuid van het Etty Hillesum Lyceum (vmbo) als sporthal Keizerslanden zijn aan vervangende nieuwbouw toe.
Bij de begroting 2018 was een krediet van €4,5 miljoen exclusief btw beschikbaar gesteld. Zoals reeds gemeld aan uw raad komt uit de businesscases van 2019 komt naar voren dat een investering van de gemeente nodig is van €14,5 miljoen inclusief btw voor een sporthal met 6 zaaldelen (flexibel inzetbaar, meest optimaal voor de sport in Deventer en voldoen aan alle duurzaamheidsaspecten) en €7 miljoen inclusief btw (€6,35 miljoen exclusief btw) voor een sporthal met 4 zaaldelen (één op één vervanging huidige sporthal). Voorgesteld wordt om in afwachting van vaststelling van het sportbeleid in ieder geval een aanvullend krediet beschikbaar te stellen voor de vervangende sporthal met 4 zaaldelen en de daarmee samenhangende stijging van de kapitaalslasten van (€119.000 in het eerste jaar) structureel vanaf 2024 te dekken uit de algemene middelen.
Na besluitvorming over het sportbeleid kan de business case worden geactualiseerd, waaruit het definitieve investeringsbedrag zal volgen.
7. Nieuwbouw sporthal Bathmen
De sporthal is gebouwd in 1978, dus ruim 40 jaar oud. Deze voldoet niet aan de accommodatie- eisen van de diverse sportbonden en het NOC-NSF. Investeringen die nodig zijn, hebben betrekking op:
- de bouwkundige staat van de sporthal;
- de verouderde technische installaties;
- verouderde voorzieningen (kleedkamers, sanitair);
- maatregelen in het kader van veiligheid en hygiëne.
Het gebouw is afgeschreven, maar er zijn geen middelen gereserveerd voor nieuwbouw. Vanuit de bouwkundige staat en bijbehorende veiligheidseisen is er een noodzaak tot aanpak van de sporthal en daarmee een autonome ontwikkeling.
Een goede inschatting van het totale investeringsbedrag voor vervanging van de sporthal Bathmen is nog niet te maken. Daarvoor is nader onderzoek nodig, waarbij ook naar de ruimtelijke kaders moet worden gekeken. Hierbij wordt ook nauw opgetrokken met de initiatiefnemers uit Bathmen die een voorstel voor nieuwbouw hebben aangeleverd. Voorlopig houden we in de begroting rekening met een totaal investeringsbedrag van €6 miljoen (bouwsom plus grondkosten, bijkomende kosten, afwaarderingen, indexering einde werk etc. conform sporthal Keizerslanden). Voorgesteld wordt om vanaf 2024 de hiermee samenhangende kapitaalslasten (van €302.000 in het eerste jaar) te dekken uit de algemene middelen.
8. Wijkwinkel / Deventer Wijzer
Voor het jaar 2020 is voorzien in ruimte voor afbouw van de subsidie Deventer Wijzer. Voor het jaar 2021 is voor een zorgvuldige afbouw van de subsidie eveneens eenmalig een frictiebudget van €40.000 nodig.
9. Plus OV
De bijdrage in de organisatiekosten van Plus OV valt vanaf 2021 €18.000 lager uit dan de begroting 2020. Dit voordeel vloeit terug naar de algemene middelen, evenals de niet benodigde prijs en loonindex.
10. Ontwikkeling sociaal team
In het college van 9 juni 2020 is besloten om de ontvlechting van de sociale teams in gang te zetten. Ook is hierin aangegeven dat op basis van de projectnotitie inbedding toegang eenmalig budget wordt geregeld in de tweede kwartaalrapportage 2020. Dit budget is bedoeld voor de kosten van de projectleider, onderzoek naar formatiecalculatie, opleidingskosten (inclusief assessment) en vervangende inhuur. De inschatting is dat hiervan €75.000 wordt ingezet in 2020 en €225.000 in 2021. Voorgesteld wordt om de genoemde budgetten op te nemen in de begroting. Het risico uit de 1e kwartaalrapportage 2020 (beroep op weerstandsvermogen van €300.000) kan hiermee komen te vervallen.
11. Nieuwbouw Marke zuid VMBO school
Dit Zowel het schoolgebouw de Marke Zuid van het Etty Hillesum Lyceum (vmbo) als sporthal Keizerslanden zijn aan vervangende nieuwbouw toe. Bij de begroting 2018 was een krediet van 12 miljoen beschikbaar gesteld, waarvan €10,5 miljoen voor een nieuwe vmbo-school van 9.000m². Uit de business cases van 2019 kwam naar voren dat een gemeentelijke investering van €21,6 miljoen nodig is voor de nieuwbouw van een nieuwe vmbo-school van 9.000m². In de aan u gestuurde raadsmededeling is toegelicht dat deze stijging van het investeringsbedrag van €11,1 miljoen als autonoom is aan te merken.
In deze begroting is conform kaderbrief 2020 de hiermee samenhangende stijging van de kapitaalslasten (van € 522.000 in het eerste jaar) structureel vanaf 2024 gedekt vanuit de algemene middelen. In de raadsmededeling staat ook dat het in januari 2020 het strategisch huisvestingsplan (SHP) door het Etty Hillesum Lyceum is afgerond. Uit het SHP blijkt dat Marke Noord volledig vrijgespeeld kan worden, zodat deze locatie om niet terugkomt naar de gemeente voor herontwikkeling. Daarvoor is het wel nodig dat de nieuwbouw voor 200 leerlingen meer moet worden gebouwd dan in de huidige plannen, een toevoeging van 1.200m² BVO. Deze toevoeging betekent een extra gemeentelijke investering, die wordt globaal ingeschat op circa €3,4 miljoen. Inclusief een risicobedrag voor extra parkeerplaatsen en inritten (€ 300.000), leidt deze toevoeging tot structureel extra kapitaalslasten van € 175.000. Stichting Carmel heeft in gesprekken aangegeven de eventuele opbrengstenpotentie van de locatie Boerhave als extra bijdrage (bovenop hun toegezegde bijdrage) in te willen brengen. Doordat er met deze ontwikkeling verschillende locatie(s) vrijkomen (De Marke Noord en mogelijk Boerhave en een deel op de Marke Zuid), is het voorstel aan de raad om de hieruit voortkomende opbrengsten te gebruiken voor dekking van de extra kapitaallasten voor de benodigde uitbreiding van 1.200m² BVO. Het risico bestaat dat als gevolg van planologische en economische ontwikkelingen de opbrengsten lager uitvallen. Voorlopig gaan we ervan uit dat de opbrengsten uit de ontwikkellocaties, toereikend zijn om de extra kapitaalslasten van de uitbreiding met 1200m² te kunnen dekken. Na besluitvorming door de raad kunnen de business cases worden geactualiseerd en volgen de definitieve investeringsbedragen.
12. Kindcentrum Rivierenwijk
In het onderwijsprogramma 2020 was een aanvraag opgenomen voor uitbreiding met twee groepen van Kindcentrum Rivierenwijk (KCR). Dit is eind 2019 afgewezen omdat er onvoldoende duidelijkheid was over de onderbouwing van de ruimtebehoefte en er een verwijzing mogelijk was voor huisvesting in de Bierstraat waar een gebouw leeg staat.
Uit de toelichting van het KCR is gebleken dat het KCR het belangstellingspercentage van leerlingen die in de Rivierenwijk wonen aannemelijk heeft onderbouwd en dat er maatregelen door het KCR zijn genomen om kinderen die niet in de Rivierenwijk wonen niet meer in te schrijven. Ook heeft het KCR aangetoond dat uit de meerjaren leerlingenprognose (15 jaar) blijkt dat er sprake is van een permanente ruimtebehoefte. Met name aan dit laatste punt hechten wij veel waarde. Bij de besluitvorming in 2012 over de realisering van het KCR is het belang van een goede onderwijsvoorzieningen juist voor kinderen in de Rivierenwijk het belangrijkste uitgangspunt geweest. Het KCR verwijzen naar de leegstand in de Bierstraat doet geen recht aan dit uitgangspunt.
Gezien de permanente ruimtebehoefte voor een beperkt aantal groepen wordt daarom voorgesteld om de voorziening “uitbreiding” te laten prevaleren boven de voorziening “medegebruik in een ander gebouw” c.q. “het in gebruik nemen van een dislocatie”.
De raad wordt gevraagd voor de uitbreiding een investeringsbedrag van €650.970 beschikbaar te stellen conform het normbedrag van de VNG.
De kapitaallasten van de voorgestelde uitbreiding bedragen in het eerste jaar circa €34.600. Zoals in de eerste kwartaalrapportage 2020 is aangegeven kunnen deze lasten niet worden opgevangen binnen de vrijwel van kapitaallasten. Daarom moet een beroep worden gedaan op de algemene middelen.
13. Servers
De digitale transitie zal hogere eisen gaan stellen aan performance, connectiviteit en functionaliteit van het serverpark. De I-dienstverlening groeit qua ontwikkeling sneller dan op basis van indexering en uitvoeringsplannen werd verwacht. Het serverpark zal daarom jaarlijks met 25% worden uitgebreid. DOWR-I heeft in maart 2020 het serverpark al uitgebreid met acht servers (hardware), dit was gedekt binnen de roadmap van DOWR-I. Voor de periode 2020-2024 betekent dit een investering van €162.500 per jaar. Vanaf 2022 bedragen de rente- en afschrijvingskosten €43.884, oplopend naar €171.575 in 2025. Voor Deventer betekent dit €27.660 in 2022, oplopend naar €110.640 in 2025.
14. Nieuwe jaarschijf 2024
De jaarschijf 2024 is vergeleken met de programmabegroting 2020-2023 toegevoegd. Dit betekent, dat voor dat jaar met betrekking tot bestaand beleid en autonome ontwikkelingen van een aantal uitgaven en inkomsten een structureel nadeel moet worden ingeboekt van €118.000. Het betreft een saldo van ramingen: Algemene uitkering, structurele stelpost autonome ontwikkelingen, toename ozb op basis uitbreiding aantal woningen en 3% tariefstijging, areaal infrastructuur en stelpost prijzen en lonen/sociale lasten, stelpost prijzen sociaal domein en volumeontwikkeling WMO.
15. Meicirculaire 2020
Dit betreft de uitkomst van de meicirculaire 2020 Algemene uitkering. In juni is hierover de Raad via een raadsmededeling geïnformeerd. Als onderdeel van het compensatiepakket Coronamaatregelen zijn de VNG en het Rijk overeengekomen om de accressen voor 2020 en 2021 te bevriezen op de stand van deze meicirculaire. Dit houdt in dat over deze jaren geen bijstelling of afrekening achteraf meer plaatsvindt.
De structurele effecten worden in de begroting 2021-2024 opgenomen. Zie ook bijlage 5.
Nieuw beleid
Oranjekwartier
Tien jaar na het verschijnen van het ‘Uitvoeringsplan Oranjekwartier' (2005), is geconstateerd dat er door partijen onvoldoende geïnvesteerd is in de wijk. Dit heeft in het Oranjekwartier geleid tot een aantal knelpunten, te weten: een rommelige openbare ruimte, onvoldoende passend woningaanbod, achterstallig onderhoud aan woningen én sociale problematieken. Het Oranjekwartier is een 'vergeten' buurt. Daarom heeft begin 2019 de raad het ambitiedocument voor deze wijk en een bijbehorend voorbereidingskrediet vast- en beschikbaar gesteld. Om de ambities en het proces vorm te geven is er vervolgens op 26 oktober 2019 een intentieovereenkomst gesloten. Sindsdien is gewerkt aan een ontwikkelingsperspectief en 9 uitvoeringsplannen.
Nieuw beleid | Programma | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Oranjekwartier | Ruimtelijke ontwikkeling | -170 | -160 | -540 | -350 |
Knelpunten bestaand beleid
(bedragen x €1.000)
Knelpunten bestaand beleid | Programma | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
1. Inwoner aan zet / burgerbegroting | Burger en Bestuur | -25 | |||
2. Mobiliteit Poort van Deventer | Leefomgeving | -83 | |||
3. Energietransitie | Milieu en Duurzaamheid | -245 | |||
4. Inclusie agenda | Meedoen | -51 | |||
5. Buurtmakers | Meedoen | -250 | |||
6. HR advies | Bedrijfsvoering | -68 | -68 | -68 | -68 |
Totaal | -722 | -68 | -68 | -68 |
Toelichting
1. Inwoner aan zet / Burgerbegroting
Wij willen inwoners stimuleren om initiatief te nemen. Om de strategie te realiseren wordt er voor 2021 €25.000 beschikbaar gesteld.
2. Mobiliteit Poort van Deventer
Om het mobiliteitsnetwerk op de hoofd-verkeersassen in Deventer (afrit 23 en 24) in het algemeen en specifiek voor het gebied Poort van Deventer in het bijzonder te verbeteren om bestaande verkeersknelpunten aan te pakken, is er een rapport opgesteld.
Om de knelpunten aan te pakken en tegelijkertijd onze positie als vestigingsstad te versterken wordt geadviseerd om 8 deelprojecten nader te onderzoeken en uit te voeren. Het college wil de aanbevelingen verder onderzoeken op haalbaarheid in relatie tot de aspecten draagvlak bij organisaties en ondernemers, investeringskosten en verkeerskundig effectiviteit. De kosten van het haalbaarheidsonderzoek zijn €83.000.
3. Energietransitie
Het Klimaatakkoord legt een belangrijke regierol in de transitie naar aardgasvrije wijken bij de gemeente. Na het vaststellen van de Transitievisie Warmte in 2020 worden in 2021 voor 3 gebieden (Zandweerd, Oranjekwartier, Bathmen) Wijkuitvoeringsplannen (WUP) opgesteld en wordt gestart met de uitvoering. In de WUP’s wordt concreet uitgewerkt hoe de betreffende gebieden de komende jaren aardgasvrij worden. Deze, vanuit het Klimaatakkoord, verplichte WUP’s worden met een participatieve wijkaanpak en samen met bewoner, woningcorporaties en Enexis uitgewerkt. De ervaring van de wijkaanpak in Zandweerd (Slim Warmtenet Zandweerd) leert dat een goed participatieproces veel extra capaciteit vraagt, naast de benodigde capaciteit voor de technische, economische en organisatorische uitwerking. Daarom wordt voorgesteld voor 2021 eenmalig €245.000 toe te voegen aan de Programmabegroting Milieu en Duurzaamheid, onderdeel Energietransitie.
4. Inclusie agenda
Op 7 april 2020 heeft het college de Deventer inclusie agenda vastgesteld. Aanleiding is dat medio 2016 de Rijksoverheid het VN-verdrag voor de rechten van mensen met een beperking heeft geratificeerd. Daarmee heeft de Rijksoverheid zich verplicht om voorwaarden te scheppen voor een optimale participatie van mensen met een beperking op alle beleidsterreinen. Tevens is door de Raad een motie 8.2 Inclusieve Gemeente aangenomen in de raadsvergadering van 3 juli jl. Daarin wordt opdracht gegeven tot uitzoeken van de mogelijkheden om aan te sluiten bij het VNG manifest “Iedereen doet mee”.
Voorgesteld wordt om voor de uitwerking van deze agenda eenmalig €51.000 beschikbaar te stellen in 2021. De afweging voor een structurele bijdrage vanaf 2022 wordt betrokken in de VJN 2021.
5. Buurtmakers
De Buurtmakerij is een aanvulling op het huidige, reguliere aanbod in de wijken. De buurtmaker zit in een "niche": het probleem is vaak wel bekend, maar er is geen partij die de volledige verantwoordelijkheid voelt en neemt. Buurtmakers zijn in staat om thema's breed (probleem gestuurd, opdrachten die tussen wal en schip vallen) op te pakken, organisaties in de wijk aan elkaar te koppelen, werkafspraken te maken, informatie delen, vaste patronen doorbreken en daarbij procesbegeleiding te bieden. Het project loopt eind 2020 af. Voorgesteld wordt dat vanuit de transformatieopgave sociaal domein (vanuit opgaven focus in de wijken en preventie) het voortouw wordt genomen om met een voorstel te komen over de positionering, vorm en wijze waarop we de extra inzet van de buurtmakers willen doorzetten. Voorgesteld wordt om eenmalig in 2021 een bedrag van €250.000 beschikbaar te stellen. De afweging voor een structurele bijdrage vanaf 2022 wordt betrokken in de VJN 2021.
6. HR advies
De organisatie groeit. De grote teams en de daarmee samenhangende span of control van managers vragen extra ondersteuning op HR-vlak. Daarom is er 0,8 FTE toegekend voor HR Advies.
Structureel begrotingssaldo
Voor het inzicht in de financiële positie op korte en langere termijn is belangrijk om een goed beeld te hebben van het structureel begrotingssaldo.
Om te bepalen of er in de begroting en meerjarenraming sprake is van structureel evenwicht wordt in het overzicht structureel begrotingssaldo inzichtelijk gemaakt welke incidentele baten en lasten de begroting en meerjarenraming bevat.
(bedragen x €1.000)
Structureel begrotingssaldo | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Saldo van baten en lasten | -2.033 | 443 | 1.735 | 838 |
Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves | 2.033 | -443 | -1.735 | -838 |
Totaal resultaat meerjarenbegroting | 0 | 0 | 0 | 0 |
Waarvan incidentele baten en lasten (Bijlage: staat van incidentele lasten en baten) | 1.885 | 1.166 | 164 | -1.561 |
Structureel begrotingssaldo | 1.885 | 1.166 | 164 | -1.561 |
Uitkomst begroting
Op basis van het voorstel voor de dekking van de nadelige begrotingsuitkomsten kan het volgende overzicht worden gemaakt.
(bedragen x €1.000 -/- = nadeel))
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Uitkomst na 1e kwartaalrapportage 2020 | -389 | 366 | 1.147 | 1.263 |
Autonome ontwikkelingen | 946 | 994 | -371 | -2.432 |
Saldo | 557 | 1.360 | 776 | -1.169 |
Nieuw beleid | -170 | -160 | -540 | -350 |
Knelpunten bestaand beleid | -722 | -68 | -68 | -68 |
Saldo | -335 | 1.132 | 168 | -1.587 |
Putting uit generieke weerstandsreserve | 335 | 0 | 0 | 1.587 |
Storting in generieke weerstandsreserve | 0 | -1.132 | -168 | 0 |
Saldo | 0 | 0 | 0 | 0 |
Financiële soliditeit
Financiële soliditeit (financieel solide huishouding) is een onderdeel van een structureel sluitende (meerjaren-)begroting. Hierbij wordt ook gekeken of er voldoende buffers beschikbaar zijn om op korte termijn risico’s en nadelen te kunnen dekken We voldoen aan deze eisen en lichten dat hieronder toe:
Structurele stelposten
Voor het opvangen van nadelen zijn de volgende stelposten, voor autonome ontwikkelingen en accres algemene uitkering, in de exploitatie beschikbaar.
(bedragen x €1.000)
Autonome ontwikkelingen | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Stelpost autonome ontwikkelingen | 1.000 | 1.350 | 1.725 | 2.105 |
(bedragen x €1.000)
Accres algemene uitkeringen | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Stelpost accres AU | 0 | 1.650 | 1.950 | 2.250 |
Weerstandsratio
De ratio van het weerstandsvermogen in deze begroting bedraagt 1. Dit betreft een weerstandsvermogen en risicobedrag van €16,0 miljoen. Zie voor verdere toelichting paragraaf Weerstandsvermogen en risicomanagement.
Generieke weerstandsreserve
Naast de specifieke weerstandsreserve (afdekken van de risico’s grondexploitatie en sociaal domein) is er ook een generieke weerstandsreserve. Deze reserve dient als dekkingsmiddel voor het opvangen van nadelen die op verschillende terreinen kunnen ontstaan zoals: opvangen verliesvoorzieningen/afwaarderingen grondexploitaties (groter dan aanwezig in specifiek weerstandsvermogen), risico’s gemeentegarantie, mutaties Algemene uitkering, faseringsverschillen taakstellingen, frictiekosten taakstellingen, rentemutaties en afdekken eenmalige begrotingstekorten.
De stand van de generieke weerstandsreserve bedraagt:
(bedragen x €1.000 -/- = putting + = storting)
Generieke weerstandsreserve | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Stand 01-01 | 6.052 | 3.345 | 2.384 | 3.753 | 5.941 |
Mutaties: | |||||
1. Diverse eerder genomen besluiten | -2.309 | 252 | 1.275 | 2.261 | 2.352 |
2. Begrotingsuitkomsten 2021-2024 | 0 | -335 | 1.132 | 168 | -1.587 |
3. Voeding reserve bouwaanvragen m.b.t. Sluiskwartier (Rb 31-05-2017) | 0 | -700 | -700 | 0 | 0 |
4. Schouwburg | -350 | 0 | 0 | 0 | 0 |
5. Renteresultaat | 0 | -195 | -266 | -171 | 746 |
6. Lening Go Ahead Eagles | -48 | -48 | -72 | -70 | -67 |
7. Van specifieke reserve (weerstandsvermogen) | 0 | 65 | 0 | 0 | 0 |
Saldo | 3.345 | 2.384 | 3.753 | 5.941 | 7.395 |
Openstaande taakstellingen
In de begroting 2021-2024 zijn diverse taakstellingen opgenomen. De belangrijkste taakstelling betreft de transformatie sociaal domein. Op dit moment is er geen reden om aan te nemen dat deze taakstellingen niet worden gerealiseerd.
Financieel perspectief
De begroting is structureel sluitend. Of de Voorjaarsnota ook een sluitend beeld zal geven is afhankelijk van diverse externe factoren, zoals:
- Ontwikkelingen Algemene uitkering;
- Herijking van het gemeentefonds;
- Corona
- Bijdrage BUIG.
Ook is het noodzakelijk dat de taakstellingen in de begroting en het meerjarenperspectief volledig ingevuld worden en er zich geen tegenvallers of risico's voordoen. De ruimte om nieuwe eventuele tegenvallers op te vangen is de komende jaren beperkt. Indien deze externe factoren een nadelige uitkomst van de begroting betekenen zullen we hierop met heroverwegingen moeten anticiperen. Als laatste kan er ook de wens zijn de komende jaren ruimte voor nieuw beleid beschikbaar te hebben. In de aanloop naar de Voorjaarsnota 2021 zullen we de raad informeren over een eventueel noodzakelijk op te starten heroverwegingsproces.
Leidraad grote projecten
Het college van B en W doet jaarlijks bij de begroting een voorstel aan de raad voor het aanwijzen welke projecten de status van grote projecten krijgen.
In de begroting 2020 waren het de projecten:
Projectnaam | Fase | |
Bedrijvenpark A1 | Realisatiefase | |
Implementatie Omgevingswet | Realisatiefase | |
Poort van Deventer - Gasfabriekterrein en S/Park | Realisatiefase | |
Poort van Deventer - Stadsentree (Teugseweg) | Verkenningsfase | |
Realisatie Viking Film & Theater | Realisatiefase | |
Toegang sociaal domein | Verkenningsfase | |
Nieuwbouw Marke zuid VMBO | Verkenningsfase |
Voor 2021 wordt voorgesteld het project Realisatie Viking Film & Theater - gezien de oplevering - te schrappen.
Het project Slim Warmtenet Zandweerd wordt toegevoegd. De rest van de projecten blijft gehandhaafd.
Meer informatie
Inleiding
Vanuit de voorgaande jaren beschikken we nog over een lijst voorportaal investeringen. Veel ambities, projecten en wensen zijn afgelopen jaren opgenomen in de programmabegroting. Een aantal resterende majeure projecten en opgaven blijven staan. Vergeleken met de voorportaallijst van de begroting 2020 zijn geen investeringen geschrapt.
- Infrastructuur rondom Poort van Deventer;
- Haveneiland en ondernemerskavels;
- Capaciteitsvergroting kruisingen Oldenielstraat (bereikbaarheidsconclaaf);
- Rijbaanverdubbeling Oldenielstraat (bereikbaarheidsconclaaf);
- Parkeeropgave binnenstad (capaciteitsuitbreiding mits noodzakelijk);
- 3e brug (bereikbaarheidsconclaaf);
- Waterveiligheid en maatregelen IJssel (richting 2050);
- Vergroten capaciteit / vervanging sluiscomplex;
- ITS/ VRI"S digitale optimalisering bereikbaarheid.
Voorportaal investeringen
Voorstellen
Infrastructuur rondom Poort van Deventer
Om het gebied rondom McDonalds en Postillion (Bergweide 5.2) te ontwikkelen zijn infrastructurele maatregelen nodig. Indien op termijn de publiek private ontwikkeling van de Poort van Deventer (waaronder het Open Innovation Centre op het Akzoterrein) succesvol gaat verlopen is deze oplossing niet meer afdoende. Kosten voor een nieuwe lusstructuur met nieuwe aansluitingen worden globaal geraamd op €2 miljoen (exclusief de benodigde aankoop van gronden, reeds in achterliggende grondexploitaties opgenomen investeringen en overige flankerende maatregelen). Daarnaast zullen ingrepen nodig zijn op de kruisingen zelf (langzaam verkeer naar tunnels of bruggen) om meer capaciteit te krijgen voor het verwerken van snel verkeer. De totale kosten zijn op dit moment nog niet exact te ramen. Daarmee is onze inzet een co-financiering in de totale publiekprivate investering die binnen de ontwikkeling van de Poort van Deventer de komende jaren nader zal worden uitgewerkt.
Op korte termijn zijn ook reeds maatregelen nodig. De huidige capaciteit zit aan zijn maximum, terwijl er wordt gekeken naar de realisatie van een carpoolplek nabij het hotel als vervanging van de huidige carpoolplek die komt te vervallen door de verbreiding van de A1. Deze uitbreiding zorgt voor meer verkeer.
Haveneiland en ondernemerskavels
In het document “Havenkwartier in de stadsassenzone” zijn in 2013 ten behoeve van de Ontwikkelagenda Overijssel – Stedendriehoek – Deventer de kansen rond het Havenkwartier in beeld gebracht. Project 1 (Hanzeweg) en 2 (Mr HF de Boerlaan) zijn nu in uitvoering. Project 3 (Haveneiland/ ondernemerskavels) is de laatste in de rij en kan niet zonder externe funding gerealiseerd worden. Bij de herijking Groot Bergweide is voorgesteld het haveneiland te ontwikkelen in co creatie met ondernemers. Eind 2020 komt een nieuw beleidskader beschikbaar, te weten het ontwikkelbeeld voor Bergweide 3, Bergweide 4 en het Havenkwartier. Desalniettemin zal de ontwikkeling van het Haveneiland een onrendabele top kennen. Voorlopig ramen we het benodigde bedrag €7,0 miljoen.
Bereikbaarheidsconclaaf
Als uitwerking van het ambitiedocument „Deventer: een bericht aan de Stad‟ (2010) is een bereikbaarheidsconclaaf georganiseerd waardoor maatregelen voor negen samenhangende kwesties zijn geformuleerd. Gefaseerd zijn en worden deze maatregelen ter hand genomen. De maatregel die de komende periode concreet moet gaan worden, maar nog niet is gedekt is de aanpassing rondom de van Oldenielstraat. De kruisingen met de Hoge Hondstraat en Brinkgreverweg zullen moeten worden vergroot. Uit een verkeerstechnische studie is gebleken dat het ook vanuit de verkeerscapaciteit noodzakelijk is de rijbaan tussen de kruisingen te verdubbelen. Dit heeft ingrijpende sociale en stedenbouwkundige consequenties. Op de (zeer) lange termijn worden nog aanvullende investeringen voorzien, zoals de aanleg van een 3e brug.
Parkeeropgave binnenstad (capaciteitsuitbreiding mits noodzakelijk)
De eindoplossing voor het parkeren in de binnenstad was voorzien in een bebouwde voorziening in het sluiskwartier. Door de nieuwe ontwikkelfasering van het Sluiskwartier is de eindoplossing niet meer in beeld. Om toch in voldoende parkeren te voorzien was het noodzakelijk dat de Brinkgarage permanent bleef staan en dat het parkeren op de Melksterweide bij de Worp planologisch mogelijk zou worden. Dit is gelukt. Op 2 januari 2019 is het Grote Kerkhof autovrij gemaakt. Op zich is er voldoende alternatieve parkeerruimte in de binnenstad. Mochten er toch parkeerknelpunten zich gaan voordoen, is in het bestuursakkoord opgenomen dat er zal worden gezocht naar mogelijkheden om het parkeren uit te breiden. Specifiek ontwikkelt zich rondom de stadscampus een parkeerdiscussie. De (grote) investering die gepaard gaat met een dergelijke voorziening in een bebouwde historische omgeving, kan niet gefinancierd worden vanuit de parkeerexploitatie (besluitvorming MPP).
Gebiedsprogramma Centrumschil
Op basis bestaande beleidskaders is een gebiedsprogramma Centrumschil opgesteld. De centrale ambitie is om Deventer in 2030 de meest aantrekkelijke woonstad in Nederland voor creatieve stedelingen te laten zijn. Dit kunnen we bereiken door het opwaarderen en versterken van het gemengde woonmilieu in en rondom de binnenstad biedt Deventer kansen om zich met een bijzonder woon/vestigingsmilieu landelijk te profileren. Deventer heeft hier goud in handen door een relatief grote omvang van te transformeren gebieden. Deze gebieden zijn de vaak oude industriële complexen of de “oude” werklocaties van maatschappelijke voorzieningen. Deze locaties bieden de kans om nieuwe (gemengd) stedelijke milieus te creëren met een mix van wonen, werken en voorzieningen, waarbij het accent per gebied kan verschillen. Deze locaties zijn relatief dichtbij het centrum en het station en zijn hierbij in trek door hun veelheid aan stedelijke voorzieningen en goede fietsroutes naar centrum en buitengebied.
Het gebiedsprogramma omvat een uitvoeringsprogramma van bijna €90 miljoen. Hierin zijn reeds projecten opgenomen die ook al in deze voorportaallijst staan. Ook zijn enkele projecten opgenomen in de gehonoreerde subsidie-aanvraag voor de woningbouwimpuls. De volgende investeringen resteren:
- Resterende publieke kosten woningbouw €3,65 miljoen;
- Binnenstadsprojecten €9,8 miljoen;
- Culturele voorzieningen (€ nog nader te bepalen).
Waterveiligheid en maatregelen IJssel (richting 2050)
Nieuwe landelijke waterveiligheidsnormering zullen op lange termijn > 2050 gevolg hebben voor de wijze waarop we ter plaatse van de binnenstad de waterveiligheid kunnen garanderen. Tegelijkertijd zijn er de nodige ontwikkelingen die spelen ter plaatse van de binnenstad die van invloed kunnen zijn op lokale waterstanden en waterkeringen. Te denken bijvoorbeeld aan ontwikkelingen met betrekking tot de binnenvaart. Ook hebben we aandacht voor klimaatadaptatie bij ruimtelijke ontwikkelingen. Op lange termijn zullen er investeringen in waterveiligheid nodig zijn.
Vergroten capaciteit / vervanging sluiscomplex
Als gevolg van de ontwikkeling van de Haven wordt duidelijker dat de functionele capaciteit van de sluis in Deventer beperkt is. De maximale schepen op de IJssel (CEMT klasse Va) zijn groter dan de afmetingen van de sluiskolk. Daarnaast komt op termijn (circa 10 tot 20 jaar) het einde van de levensduur van het sluiscomplex in zicht. Gezien de ambities rond de haven, de ontwikkeling van de logistiek, de problematiek rondom waterveiligheid en klimaatopgaven en de duurzaamheidsopgave zal het vraagstuk rondom het vergroten / vervangen van het sluiscomplex moeten worden opgepakt. De omvang van de benodigde middelen zijn zo groot, dat we gemeentelijk tijdig moeten gaan reserveren. Daarnaast kunnen we deze investering nooit alleen rechtvaardigen. Er zijn in Nederland zeer weinig gemeenten die een volwaardig sluiscomplex in een primaire waterkering moeten onderhouden (en vervangen). Het rijk, provincie, regio en het bedrijfsleven zullen ook nodig zijn.
ITS/ VRI"S digitale optimalisering bereikbaarheid
In de afgelopen jaren zijn er veel ontwikkelingen geweest op het vlak van verkeer, vervoer, parkeren en bereikbaarheid. Een van de ontwikkelingen waar Deventer slim in meegegroeid is, is de digitalisering van de diverse intelligente transportsystemen (ITS) binnen onze gemeente. Op het Hanzetracé is dit systeem inmiddels voor een groot deel gerealiseerd, o.a. door handig mee te liften op landelijke trajecten en extern beschikbaar gestelde budgetten. Na realisatie van deze mooie basis houdt het project voor de andere overheden (Rijk en Provincie) binnenkort een keer op. Voor het in standhouden en aanvullen van deze hoogwaardige systemen die bestaan uit VRI's, digitale netwerken, camera's en moderne verwijsapparatuur is vanaf nu echt een ophoging van het structureel beheerbudget van €150.000 nodig. Wanneer dit niet gebeurt dan kan de werking van dit intelligente systeem op termijn niet meer volledig gegarandeerd worden. Daarnaast kunnen de investeringen in het kenteken parkeren op straat, de doorontwikkeling naar een scan-auto en de realisatie van parkeersensoren niet gefinancierd worden vanuit het lopende MPP.
Meer informatie
Inleiding
In de programma’s Burger en bestuur tot en met Bedrijfsvoering zijn de gemeentelijke activiteiten en middeleninzet samengevat. De kosten van deze programma’s moeten gedekt worden. Het dekking programmaplan bevat een overzicht van de beschikbare dekkingsmiddelen voor de begroting en geeft een totaaloverzicht van het resultaat van de begroting.
Hieronder wordt het resultaat van de meerjarenbegroting weergegeven, zowel exclusief alsook inclusief verrekening van reserves. Daarnaast wordt een overzicht gegeven van de lasten en baten van de programma’s en van de beschikbare dekkingsmiddelen.
Resultaat meerjarenbegroting inclusief verrekening reserves
In de onderstaande tabel worden de uitkomsten van de begroting gepresenteerd. In hoofdstuk Financiële uitkomsten begroting, treft u een nadere toelichting en specificatie aan.
(bedragen x €1.000)
Structureel begrotingssaldo | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Saldo van baten en lasten | -2.033 | 443 | 1.735 | 838 |
Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves | 2.033 | -443 | -1.735 | -838 |
Totaal resultaat meerjarenbegroting | 0 | 0 | 0 | 0 |
Resultaat meerjarenbegroting exclusief verrekening reserves
In onderstaande tabel is het totaal aan lasten en baten opgenomen. Het lastentotaal geeft een beeld van de gemeentelijke ‘omzet’. Deze bedraagt voor 2021 €349 miljoen. Het resultaat (onder in de tabel) geeft het overall-saldo van lasten en baten als de verrekening met reserves (puttingen en stortingen) buiten beschouwing wordt gelaten. Dat geeft een extra inzicht in de financiële positie van de gemeente. De regelgeving (BBV 2004) schrijft deze cijferopstelling dan ook voor. Het saldo per programma en de algemene dekkingsmiddelen zijn hierna verder gespecificeerd.
(bedragen x €1.000)
Resultaat begroting exclusief verrekening reserves | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Totaal lasten programma's (exclusief Algemene dekkingsmiddelen) | 349.120 | 341.534 | 339.936 | 339.037 |
Totaal baten programma (exclusief Algemene dekkingsmiddelen) | 114.049 | 107.877 | 107.613 | 105.851 |
Totaal saldo programma (exclusief Algemene dekkingsmiddelen) | -235.071 | -233.657 | -232.322 | -233.186 |
Totaal saldo algemene dekkingsmiddelen | 233.038 | 234.100 | 234.057 | 234.024 |
Resultaat begroting exclusief verrekening reserves | -2.033 | 443 | 1.735 | 838 |
Verrekening met reserves
In onderstaand overzicht zijn alle stortingen en puttingen in/uit reserves verzameld die ten laste resp. ten gunste worden gebracht van de exploitatie. Ook is opgenomen welke rente conform de vastgestelde regels wordt toegevoegd aan reserves. Voor detailinformatie per programma wordt verwezen naar bijlage Resultaatbestemming. Een en ander leidt per saldo tot het volgende effect van verrekening met reserves per jaar.
(bedragen x €1.000)
Reserves | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Saldo stortingen (-) en puttingen (+) exclusief rentetoevoeging | 2.371 | -121 | -1.444 | -564 |
Toevoeging van rente aan reserves (-) | 338 | 322 | 291 | 274 |
Saldo stortingen (-) en puttingen (+) inclusief rentetoevoeging | 2.033 | -443 | -1.735 | -838 |
Saldo lasten en baten per programma
In dit overzicht zijn de saldo's per programma (exclusief reserve mutaties) samengevat.
(bedragen x €1.000)
Saldo per programma | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Burger en bestuur | -6.130 | -6.259 | -6.253 | -6.251 |
Openbare orde en veiligheid | -10.576 | -10.510 | -10.544 | -10.333 |
Leefomgeving | -19.819 | -21.336 | -21.372 | -21.324 |
Milieu en duurzaamheid | -2.508 | -1.982 | -1.983 | -1.983 |
Ruimtelijke ontwikkeling | -3.019 | -2.406 | -1.997 | -1.875 |
Herstructurering en vastgoed | 941 | 985 | 606 | 795 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | -33.258 | -31.980 | -31.118 | -30.711 |
Meedoen | -79.973 | -80.098 | -79.597 | -80.960 |
Jeugd en onderwijs | -36.314 | -36.192 | -35.965 | -36.842 |
Economie en Internationaal beleid | -2.129 | -2.078 | -2.075 | -2.055 |
Kunst en cultuur | -14.066 | -13.976 | -13.919 | -13.798 |
Bedrijfsvoering | -28.220 | -27.825 | -28.106 | -27.849 |
Totaal | -235.071 | -233.657 | -232.322 | -233.186 |
Algemene dekkingsmiddelen
De belangrijkste dekkingsbron voor de gemeentelijke lasten zijn de zogenaamde algemene dekkingsmiddelen, waarvan de Algemene Uitkering (AU) en de Onroerende zaakbelasting (OZB) de belangrijkste zijn. De dekkingsmiddelen die direct verbonden zijn aan taakvelden, zoals de afvalstoffenheffing en het rioolrecht zijn als opbrengst ondergebracht in het betreffende programma. Naast deze algemene dekkingsmiddelen is er ook een aantal lasten en baten, dat daar (nog) buiten valt. Het betreft gereserveerde lasten en baten van algemeen karakter die nog nadere uitwerking behoeven alvorens te worden toebedeeld aan een programma. Ze worden per onderwerp kort toegelicht, en voor zover relevant daarna gespecificeerd.
(bedragen x €1.000)
Algemene dekkingsmiddelen | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
Algemene uitkering | 208.646 | 211.066 | 213.761 | 216.214 |
Lokale heffingen | 28.426 | 29.401 | 30.401 | 31.456 |
Saldo financieringsfunctie | -282 | 184 | 552 | 1.376 |
Dividend | 1.271 | 1.271 | 1.271 | 1.271 |
Calculatieverschillen | -259 | -276 | -283 | -474 |
Overige algemene dekkingsmiddelen | -614 | -621 | -627 | -627 |
Uitvoeringskosten lokale heffingen | -1.076 | -1.076 | -1.076 | -1.076 |
Gereserveerde budgetten: | ||||
Onvoorzien | -235 | -235 | -235 | -235 |
Areaal infrastructuur | -313 | -513 | -713 | -923 |
Gebiedsexploitatie Bergweide/Kloosterlanden | -850 | -300 | 0 | 0 |
Ontwikkeling zorgconcepten | -500 | 0 | 0 | 0 |
Frictiebudget taakstelling bedrijfsvoering | 8 | 0 | 0 | 0 |
Herinrichting Lebuinuspleinen | 0 | -3 | -10 | -10 |
Sporthal Keizerslanden | -103 | -103 | -163 | -25 |
Stelpost accres AU | 0 | -1.650 | -1.950 | -2.250 |
Stelpost autonome ontwikkelingen | -1.000 | -1.350 | -1.725 | -2.105 |
Stelpost algemene uitkering jeugd | 0 | 2.296 | 2.296 | 2.296 |
Stelpost decentralisatie participatiewet | 0 | 0 | 0 | -17 |
Stelpost bodemsanering | 439 | 439 | 439 | 439 |
Stelpost prijzen en lonen | 0 | -2.614 | -5.055 | -7.390 |
Stelpost prijzen en lonen Sociaal Domein | -67 | -1.257 | -2.273 | -3.330 |
Stelpost investeringen | -155 | -155 | -155 | -155 |
Technische stelposten | -297 | -404 | -397 | -409 |
Totaal | 233.039 | 234.100 | 234.058 | 234.026 |
Algemene uitkering
Gemeente Deventer ontvangt de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Deze uitkering is voor een deel gekoppeld aan de uitgaven van het Rijk. De verdeling van het geld over de gemeenten vindt plaats op basis van verdeelmaatstaven.
Lokale heffingen
Hier wordt een beeld gegeven van de lokale heffingen waarbij er geen relatie ligt tussen de kosten en de opbrengsten. Dit impliceert tevens dat de heffingen op het gebied van parkeren (gedeeltelijk), afvalstoffen- en rioolopbrengsten geen algemeen dekkingsmiddel zijn, maar expliciet worden aangewend voor uitgaven op betreffende terreinen. In de paragraaf lokale lasten wordt aandacht besteed aan o.a. lokale lastendruk, kwijtscheldingsbeleid e.d.
Saldo financieringsfunctie
Het saldo van de financieringsfunctie is een begrip uit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Dit begrip kan worden gedefinieerd als het saldo van:
- de betaalde rente (last) over de aangegane langlopende leningen en over de aangetrokken middelen in rekening courant, en
- de ontvangen rente (bate) over de uitzettingen. Onder uitzettingen kunnen worden verstaan deposito’s, verstrekte langlopende leningen en beleggingen.
Dividend
De opbrengst uit deelnemingen betreft o.a. de dividenduitkering van de Bank Nederlandse gemeenten.
Calculatieverschillen kostenplaatsen
In een aantal kostenplaatsen wordt in de begroting een voorcalculatorisch tarief gehanteerd. De werkelijke kosten en opbrengsten kunnen hiervan afwijken. Dit komt tot uitdrukking in het calculatieverschil. Daarnaast bevat deze post nog budgetten die niet zijn toe te rekenen aan één product.
Overige algemene dekkingsmiddelen
De post ‘overige algemene dekkingsmiddelen’ bestaat met name uit de bespaarde rente op de reserves afkopen erfpacht en de vermogensreserve en kosten voormalig personeel.
Uitvoeringskosten lokale heffingen
Uitvoeringskosten lokale heffingen zijn de kosten voor het heffen en invorderen van de belastingen en heffingen. Dit zijn onder andere kosten van het gegevensbeheer, alle correspondentie en andere administratieve handelingen.
Gereserveerde budgetten:
Onvoorzien
Dit betreft de algemene raming voor onvoorzien. De bestedingen die ten laste van onvoorzien komen worden verantwoord op de programma’s waarop deze betrekking hebben. Dit betreft diverse lasten en baten die niet direct aan programma’s kunnen worden toegerekend.
Stelposten
Dit betreft diverse lasten en baten die niet direct aan programma’s worden toegerekend.
Vennootschapsbelasting
Vanaf 1 januari 2016 geldt voor de gemeente Deventer de Wet modernisering vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen (Wet Vpb). Op basis van de wetgeving zijn de verschillende activiteiten van gemeente Deventer onderzocht of er sprake is van het drijven van een onderneming. Op basis van het onderzoek is de gemeente Deventer van mening dat dit niet het geval is. Het pleitbaar standpunt is geformaliseerd met het indienen van een zogenaamde ‘nihil’ aangifte voor de jaren 2016, 2017 en 2018.
Voor de begroting 2021 betekent dit dat er geen financiële consequenties in de vorm van Vpb belastingafdracht zijn opgenomen.
De gemeente Deventer heeft met reclame exploitanten contracten afgesloten op basis waarvan de gemeente, delen van de publieke ruimte tegen vergoeding ter beschikking stelt aan de exploitant. De belastingdienst is van mening dat de gemeente Deventer daarmee een onderneming drijft en heeft de gemeente daarvoor over het jaar 2016 een aanslag opgelegd. De gemeente Deventer is het niet eens met de aanslag en is, net als diverse andere gemeenten, daartegen in bezwaar gegaan. Of het pleitbaar standpunt van de gemeente Deventer in dit juridisch traject overeind blijft, hangt af van de belastingdienst in combinatie met de landelijke ontwikkeling. Er zullen hoogstwaarschijnlijk gerechtelijke procedures volgen om de wet op dit gebied te verduidelijken. Dit vormt een onzekerheid voor de gemeente Deventer.
(bedragen x €1.000)
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overhead
In de BBV-regels is voorgeschreven wat onder de definitie overhead wordt verstaan.
De definitie luidt: alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Door de definitie te gebruiken kan een eenduidig inzicht worden gegeven in de kosten die direct zijn toe te rekenen aan bepaalde taakvelden. Er moet in het programmaplan worden aangegeven welk bedrag dit in de gemeente betreft.
(bedragen x €1.000)
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |
Overhead | 28.220 | 27.825 | 28.106 | 27.849 |