De paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing is opgesteld volgens het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV), de beleidsnota Risicomanagement en Weerstandsvermogen – geactualiseerde beleidsnota 2015 en de beleidsnota reserves en voorzieningen (2018).

Weerstandsvermogen

Ratio weerstandsvermogen = €16.035.000 / €15.970.000 = 1,004

De totale omvang van de beschikbare weerstandscapaciteit (teller) is €16.035.000. De beschikbare weerstandscapaciteit is daarmee €0,1 miljoen lager dan de capaciteit opgenomen in 1e kwartaalrapportage 2020.

De totale omvang van de benodigde weerstandscapaciteit (noemer) is €15.970.000. Ten opzichte van de 1e kwartaalrapportage 2020 is dit €199.000 lager. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door, per saldo een lager risico in de grondexploitaties (zie paragraaf grondbeleid) en een daling van het risico Sociaal domein (zie programma Meedoen).

Conform de beleidsnota risicomanagement en weerstandsvermogen houden we, naast de geïnventariseerde risico’s rekening met een extra buffer voor financiële tegenvallers waar niemand rekening mee houdt. Deze zogenaamde minimumnorm biedt een soort veiligheidsmarge.
Voor het bepalen van de minimumnorm wordt de ‘artikel 12-norm’ van de Financiële verhoudingswet (Fvw) gehanteerd (zie artikel 23, lid 1 – Fvw). Hierin wordt uitgegaan van 2% van de algemene uitkering uit het gemeentefonds aan de gemeente en 2% van de OZB capaciteit.

Doordat ten opzichte van de vorige bepaling van de ratio weerstandsvermogen de omvang van de risico’s (benodigde weerstandscapaciteit) is afgenomen (circa €200.000) bij een afname (circa €100.000) van de buffer (beschikbare weerstandscapaciteit), is de uitkomst van de weerstandsratio iets verslechterd (ratio was 1,02).

Relevante aspecten

  • 56 risico’s komen in aanmerking voor het aanhouden van weerstandsvermogen.
  • 16 van deze risico’s hebben een risicoscore ≥ 9.
  • Er zijn geen risico’s (negatief gevolg) waarop gerelateerde kansen (positief gevolg) in mindering zijn gebracht.

Belangrijke conclusies

De uitkomst van de ratio weerstandsvermogen is 1,004 In de 1e kwartaalrapportage 2020 was de uitkomst 1,02. Conform het bestuursakkoord beschikken we over voldoende weerstandsvermogen wanneer de uitkomst van de ratio minimaal 1 is. Volgens de uitgangspunten in de beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het overschot (dit is het bedrag dat nodig is om een weerstandsratio 1 te krijgen) toegevoegd aan de generieke weerstandsreserve.

De gemeente beschikt met deze uitkomst op dit moment over voldoende weerstandsvermogen om de belangrijkste financiële risico’s volledig op te vangen. Door aanvulling van de beschikbare weerstandscapaciteit uit de generieke weerstandsreserve wordt het weerstandsvermogen op voldoende niveau gebracht.

Door de gevolgen van de Coronacrisis is de economische groei in zeer korte tijd omgeslagen naar een flinke economisch krimp voor de komende jaren. De gevolgen daarvan zijn nog niet te overzien. De gemeente Deventer zal de financiële risico’s continue en nauwlettend te volgen. Waar mogelijk en noodzakelijk worden extra beheersmaatregelen genomen. In de jaarrekening 2020 wordt de ratio weerstandsvermogen opnieuw bepaald.